Ik lag weer eens één van mijn beruchte fase 2-dutjes op de bank te doen. Je kent ze wel, van die dutjes dat je de ogen dicht maar de oren vol open hebt. Heerlijk dromen over wat je maar wilt en tóch in de absolute ruststand. Ik vind dat bijna het fijnst in de hele wereld. Manmanman, wat zijn dat lekkere dutjes.
Maar ik dwaal af.
Ik lag daar dus en uit mijn speakers klonk plots onderstaand nummer. Onbewust gingen mijn oren in de luisterstand. Ik kende het niet maar ik herkende er wel Deep purple in. Ik heb zo’n hoeveelheid aan muziek en ik downloade ooit per bulk dat ik soms niet eens weet welk lied of artiest nu weer voorbij komt, maar dat terzijde.
In gedachten zag ik Ian Gillian stampend het reffrein zingen en de gitaar van Ritchie Blackmore klonk ook zeer aangenaam. Met een glimlach doezelde ik verder, wat een prettig nummer!
Tegen het einde van het nummer schrok ik toch abrupt wakker. WTF doet die Ritchie nou, dacht ik. Dit is geen Blackmore-solo. Wat is gaande?
Flux researchde ik het nummer en wat blijkt? Het is een nummer uit 1996 en het is Ritchie Blackmore helegaar niet op gitaar! Het is Steve Morse, de ‘nieuwe’ gitarist van Deep purple.
En dat is eigenlijk het enige jammere aan dit nummer, de eindsolo. Die duurt te lang en is te eerste gitaarles. Ritchie zou er tenminste nog een spektakel van hebben gemaakt.
Maar goed, ik kies ‘m toch tot zomerhit van 2020. Beetje laat maar dat komt omdat ik dees anekdoot al een maand of 2 wil typen.
Ik zou zeggen, doe je Hawaii-blouse aan, trek een pils open, zet de speakers vol open en geniet zevenenhalve minuut van onderstaand nummer.